Waarom vallen niet alle melktanden in een keer uit?

Als kinderen een jaar of zes oud zijn, wisselen ze hun eerste melktandje. Een bijzonder moment! Maar waarom wisselen melktanden een voor een en niet allemaal tegelijk?

Altijd in dezelfde volgorde

Laten we even beginnen bij baby's. Doordat tanden niet kunnen meegroeien, beginnen die met een setje melktanden. Het eerste melktandje verschijnt als baby’s ongeveer een halfjaar oud zijn. Rond die tijd beginnen ze met het eten van hapjes.

Melktanden komen een voor een door en altijd in dezelfde volgorde. Eerst komen de belangrijkste: de snijtanden. Vervolgens verschijnen de hoektanden en ten slotte de kiezen. Voor baby’s is dat wel zo prettig, want het doorkomen van tanden en kiezen kan best pijnlijk zijn.

Te vol in je mond

Rond de zes jaar zal het tandje dat er als eerste was ook als eerste weer uitvallen. Net als het doorkomen van het melkgebit gaat ook het wisselen naar het volwassen gebit geleidelijk.

En dat is maar goed ook. Doordat je op je zesde nog in de groei bent, komt er beetje bij beetje meer ruimte voor sterkere, grotere tanden. Zouden die allemaal tegelijk komen, dan zou het te vol worden in je mond en is de kans groot dat je tanden niet mooi op een rijtje komen te staan.

Superonhandig

Zou je je tanden allemaal in een keer wisselen, dan zou je ook een paar weken zonder zitten. Superonhandig met eten. Daardoor denken wetenschappers dat het een voor een wisselen van tanden al heel lang geleden is ontstaan. Oermensen die hun tanden geleidelijk wisselden, konden hun eten blijven kauwen en hadden zo de meeste kans om te overleven.